Sunday, February 23, 2014

Ridder Kroon voorop in Mali

Beroemde militair gaat langeafstandsverkenningen uitzetten

door Charles Sanders
ROOSENDAAL, maandag

Kapitein Marco Kroon vertrekt begin april met de eerste lichting Nederlandse special forces naar Noord-Mali, voor de gevaarlijke VN-missie MINUSMA.

De drager Militaire Willems-Orde zal als planner van 105 commandotroepencompagnie vanuit het woestijnhoofdkwartier in de Saharastad Gao langeafstandsverkenningen uitzetten.

De 43-jarige Kroon, geridderd vanwege heldendaden in Uruzgan, keerde eind vorig jaar terug van de pantserinfanterie naar het eliteonderdeel van de Koninklijke Landmacht. Toen al werd gespeculeerd over zijn uitzending richting Mali.

In een interview met deze krant bevestigt de commandant van het Korps Commandotroepen (KCT) nu dat ’s lands beroemdste militair als eerste deel uitmaakt van Special Operations Task Group Scorpion, zoals de commando-inzet is gedoopt.

„Marco Kroon is er over zes weken bij”, aldus kolonel Jan Swillens. „Deze missie staat in het teken van informatie verzamelen, soms vele honderden kilometers diep onherbergzaam gebied in. We moeten daar zelfredzaam zijn, specialisme van het KCT.”

De commando’s gaan in Mali een gebied van 500 bij 700 kilometer in kaart brengen. Onze special forces rapporteren rechtstreeks aan de militair commandant van MINUSMA, een Rwandese generaal-majoor die in de hoofdstad Bamako zetelt.

Bedoeling is de complexe West-Afrikaanse stammenstructuren in kaart te brengen en te achterhalen waar buitenlandse jihadisten en Malinese moslimstrijders zich ophouden.


De elitesoldaten uit Roosendaal zijn gemachtigd offensieve acties tegen zogenaamde ’high value targets’ te ondernemen. De ’Scorpions’ zijn zwaarbewapend en hebben ruggensteun van vier Nederlandse Apache gevechtshelikopters.


Scorpions in HEL vanAfrika
Commando’s bereiden zich voor op missie in onherbergzaam Mali

door CHARLES SANDERS
ROOSENDAAL, maandag

In het decor van Lawrence of Arabia, maar dan wél met hightech wapens en sensoren. De Nederlandse Special Operations Task Group ’Scorpion’ maakt zich op voor vertrek naar onherbergzaam West-Afrika.

Als ogen en oren van Mission des Nations Unies au Mali (MINUSMA) gaan onze commando’s inlichtingen verzamelen over Toearegs en extremistische groeperingen.

De elitesoldaten van het Korps Commandotroepen (KCT) zijn de ’boots on the ground’. Ze maken deel uit van de 370 manschappen sterke Nederlandse uitzending en opereren vanuit Gao, aan de rand van de zuidelijke Sahara.

Kolonel Jan Swillens, commandant van het KCT, over de risico’s van de woestijnmissie: „We beschikken over onbemande Scan Eagles en Ravens. De Apache-gevechtshelikopters zijn bij uitstek geschikt om inlichtingen te verzamelen. Belangrijk, want we opereren in de provincies Gao en Kidal, een gebied van 500 bij 700 kilometer.”

’Hel van Afrika’ wordt dit deel van Noordoost-Mali genoemd. Een voor mensen vijandelijke woestijn, met temperaturen tot 55 graden, zandstormen en zware regenval. Ook schorpioenen, slangen en giftige duizendpoten zijn een gevaar. Maar de commando’s – ervaren na jarenlange inzet in Irak en Afghanistan en getraind in de jungle van FransGuyana – zijn niet snel onder de indruk.

Het detachement werkt met tolken, deels uit Nederland, deels door de VN geselecteerd. Om de huidige situatie in het uitzendgebied te doorgronden worden de complexe Malinese stammenstructuren in kaart gebracht. Want het vijandbeeld is ingewikkeld sinds de Fransen oprukkende moslimextremisten vorig jaar wisten te verjagen.

Buitenlandse jihadisten hebben zich over de grenzen teruggetrokken, Malinese moslimstrijders gingen op in de burgerbevolking, 125.000 vluchtelingen raakten op drift. Nóg een veiligheidsprobleem: drugshandelaren die vanuit zuidelijk Afrika opium richting Europa smokkelen en op buit jagende roverbendes.

Inzicht

„Welke milities zwerven waar rond, wie betaalt ze, wat is hun drijfveer…? Om inzicht te krijgen in routes, onderlinge verhoudingen en verblijfplaatsen zullen we vooral lange afstandsverkenningen uitvoeren”, aldus kolonel Swillens.

Die kunnen tot enkele weken duren. Deels ’zien en gezien worden’, bijvoorbeeld bij het inwinnen van informatie onder de lokale bevolking. Maar ook onzichtbaar optreden van Nederlandse zijde, één van de specialismen van het Korps Commandotroepen.

Transport is daarbij van levensbelang. Chinooks, Cougars en NH-90’s van de Koninklijke Luchtmacht blijven thuis; Nederland rekent op de VN en andere deelnemers aan MINUSMA. Naast het standaard tactische voertuig, de Mercedes Benz G280, gaan Bushmaster en Fennek pantserwagens mee. En de 81 mm mortieren.

Het mandaat is robuust, vertelt Jan Swillens. In tegenstelling tot het drama in Srebrenica, óók een VN-missie. „Als we worden aangevallen, zijn we dankzij onze bewapening en opleiding heel goed in staat onszelf te beschermen. De rules of engagement zijn duidelijk, VN hoofdstuk 7: geweld is toegestaan, als de opdracht dat vereist. Dus niet alleen zelfverdediging. Achter de hand hebben we de Quick Reaction Force. En natuurlijk de vuurkracht van onze eigen Apaches.”

Bermbommen

Offensieve actie tegen ’high value targets’ is een optie tijdens deze missie. Bijvoorbeeld het ontmantelen van wapenopslagplaatsen en het oppakken van strijders met bermbommen. Elitesoldaten van 103 en 104 commandotroepencompagnie zijn al in Mali’s buurlanden Burkina Faso en Niger, voor een jaarlijkse special forces oefening.

Behalve het kamp van de commando’s en de Apache-basis – op het vliegveld van Gao – worden Nederlanders op het MINUSMA-hoofdkwartier in hoofdstad Bamako gestationeerd. Ook Timboektoe is een belangrijk districtscentrum voor de VN-operatie. Hier werd in november 2011 Sjaak Rijke gegijzeld, waarschijnlijk door fundamentalisten van AQIM, Al-Qaeda in de islamitische Maghreb.

Vorig jaar kwam een video vrij waarop de NS-machinist – met lange baard en gehuld in moslimgewaden – ons land om hulp smeekt. Het ministerie van Buitenlandse Zaken beroept zich op ’stille diplomatie’ en zwijgt.

Kolonel Swillens, zelf als commando actief geweest in Afghanistan, noemt een groot verschil met die langdurige en bloedige ISAF-operatie. „De bevolking is coöperatief, wil geen jihad en sharia. Ook anders dan tijdens Task Force Uruzgan: het Malinese leger, getraind door Fransen en Europese Unie, heeft veel goede structuren.”

Maar andere problemen zijn er ook: de enorm lange aanvoerlijnen, 1200 kilometer alleen al van hoofdstad Bamako naar Gao. Het bermbomrisico wordt door de inlichtingendiensten op dit moment als matig ingeschat, zelfmoordaanslagen lijken een groter gevaar.

Tot einde 2015 zijn vijf lichtingen Nederlandse special forces in Mali actief, waaronder een Marsof-eenheid van het Korps Mariniers. Over ruim een maand is de eerste groep operationeel. Met in hun gelederen ridder Militaire Willems-Orde Marco Kroon. Als planner van 105 commandotroepencompagnie zal de kapitein patrouilles uitzetten.

„Tijdens die verkenningen moeten we zelfredzaam zijn, soms 300 kilometer ver van het basiskamp”, zegt Jan Swillens. „Een taak op maat voor het KCT.”

(Artikels uit de Telegraaf van 24 februari 2014)

No comments:

Post a Comment